Hoi Peet wat je daar hebt is een fragment van het bovenstuk waar de spanveer opzat met naald van een OgenFibula ;
PAN naam ogenfibula variant C2
Datering 5 tot 50
Periode Vroeg Romeinse Tijd A (-12/24) tot Vroeg Romeinse Tijd B (25/69)
Definitie (1) fibula met bovendraadse spiraal aan veerhaak met steunplaten; (2) de beugelkop is voorzien van doorboorde ogen zonder groef of sleuf tussen ogen en beugelzijkant (doorlopende oogkassen); (3) de spiraal heeft zes windingen en een rond gebogen spandraad.
Toelichting Auteur: Stijn Heeren
Figuur: naar Heeren & Van der Feijst 2017, 72, fig. 4.39.
Dateringsargumentatie: de oudste uitvoering met open ogen wordt van de laat-Augusteïsche periode tot hooguit het midden van de 1e eeuw gedateerd (Haalebos 1986, 37).
Verspreiding: ogenfibulae komen voor van het Oostzeegebied en zuidelijk Scandinavië tot in het achterland van de limes langs de Rijn (Kunow 1998). In de Lage Landen vallen de concentraties in het rivierengebied en in het Fries-Groningse
terpengebied op. De schaarse stukken in België, Zuid-Nederland alsmede Engeland vertegenwoordigen de meest westelijke circulatie (Heeren & Van der Feijst 2017, 75, 381, met verwijzingen). Hoe de spreiding van de huidige variant zich tot de algemene verspreiding verhoudt, is niet bekend, maar het vermoeden bestaat dat dit een variant is die specifiek in het Nederlandse rivierengebied thuishoort.
https://www.portable-antiquities.nl/pan/#/object/public/149085